Amsterdam, 6 oktober — In een volle zaal van Pakhuis de Zwijger ging het er stevig aan toe. De nieuwe norm NTA 6125, die de brandveiligheid van middelhoge houten gebouwen moet reguleren, roept forse inhoudelijke kritiek op vanuit de bouwsector. De avond, georganiseerd door De Houtbouw Opleider (SHR) onder de titel “Houtbouw is goud, maar kan ook fout”, maakte duidelijk hoe groot de spanning is tussen innovatie, regelgeving en verzekerbaarheid.

Een norm met goede bedoelingen, maar veel vragen

De NTA 6125 moet een systematische aanpak bieden voor brandveiligheid bij houtbouw, maar volgens velen dreigt de norm té voorschrijvend te worden.
“De NTA is materiaalgericht in plaats van functiegericht,” stelde Mariëtte Willems van de NBvT. “Waar onze regelgeving normaliter kijkt naar prestaties, schrijft deze norm letterlijk voor welke maatregelen — zoals gipsplaten, sprinklers of overdimensionering — per gebouwhoogte moeten worden toegepast.”

Volgens Tim Vermeend (Urban Climate Architects) kan dit het innovatieve vermogen van ontwerpers beperken:

“We hebben in Nederland een unieke houtbouwcultuur waarin maatwerk en creativiteit centraal staan. Deze NTA kan dat volledig stilleggen.”

Kritiek vanuit de praktijk

Ook vanuit de praktijk kwamen zorgen.
Michiel Brink (De Groot Vroomshoop) wees erop dat de berekeningen in de norm niet altijd overeenkomen met de realiteit op de bouwplaats. “De ene gipsplaat is de andere niet. En als CLT te dun wordt ingekocht of verkeerd wordt berekend, kan het verschil in brandgedrag enorm zijn.”

Brandweerdeskundige Ron Galesloot (Brandweer Amsterdam-Amstelland) benadrukte de risico’s voor hulpdiensten: “De vluchtwegtijden in het Bouwbesluit zeggen niets over de tijd die wij nodig hebben om alle deuren te controleren. Dat is in de praktijk onhaalbaar.”

Verzekerbaarheid onder druk

De discussie over de NTA komt niet uit het niets. Uit de recente whitepaper ‘Houtbouw verzekerbaar houden’ van Aon blijkt dat verzekeraars worstelen met dezelfde vragen. Door een gebrek aan normering, testdata en lange termijnervaring is er grote terughoudendheid bij het verzekeren van gestapelde houtbouw.

Volgens Aon ligt de oplossing in samenwerking tussen overheid, verzekeraars en bouwsector. De NTA 6125 is een stap vooruit, maar moet hand in hand gaan met het SWK-toetsingskader — dat zich richt op kwaliteitsborging tijdens de bouw en garantietermijn. Alleen zo kan houtbouw veilig én verzekerbaar blijven.

“De verzekerbaarheid van houtbouwprojecten wordt bepaald door de mate waarin risico’s beheersbaar zijn,” aldus Aon. “Vroegtijdige samenwerking en kennisdeling zijn essentieel.”

Toekomst van biobased en circulaire bouw

De controverse rond de NTA 6125 onderstreept een bredere uitdaging: hoe blijft de Nederlandse houtbouwsector vooroplopen zonder innovatie te verstikken?
De komende maanden zal blijken hoe de definitieve tekst van de NTA zich verhoudt tot de praktijk — en of de balans tussen veiligheid, betaalbaarheid en duurzaamheid behouden blijft.